Wet betreffende politionele informatiebeheer, artikel 44
KB Interpol
COL 01/2016 betreffende de internationale politiesamenwerking met gerechtelijke finaliteit
MFO-3 Fiche C21 + Templates
De internationale samenwerking geeft meer uitleg over de externe, internationale politionele partners. Het gaat vooral over EUROPOL, INTERPOL, Schengen-samenwerkingsverband en de liaison-officieren.
De aanvraag van informatie gebeurd via een INO (informatie aanvraag OUT), die opgemaakt wordt door de persoon die de informatie nodig heeft. Deze wordt, tijdens de kantooruren, doorgestuurd naar het A.I.K., of indien buiten de kantooruren en bij hoogdringendheid rechtstreeks naar het CGI/SPOC (De Federale Dienst die instaat voor de internationale communicatie, Single Point of Contact). Zij verzenden dit naar de nodige dienst(en), en sturen het antwoord door naar de aanvragende dienst.
Er zijn drie instanties waarbij men informatie kan aanvragen, namelijk INTERPOL, EUROPOL en de liaison-officier. De liaison-officier is een persoon die in een ander land gestationeerd is, en die de communicatie tussen de politiediensten van beide landen vergemakkelijkt. België heeft een samenwerkingsverband met Nederland inzake liason-officieren, maar men kan de Nederlandse liason officier niet rechtstreeks aanspreken. Dit moet via de eigen liaison-officier gebeuren.
Seiningen gebeuren via een V.I.S. formulier, een verzoek tot internationale signalering. Dit volgt dezelfde weg als een INO, maar heeft een andere finaliteit. De databanken van INTERPOL kunnen niet rechtstreeks door de politie gecontroleerd worden via de ANG, maar de SIS II seiningen kunnen hier wel geraadpleegd worden. Bij het aantreffen van een internationaal geseinde persoon, moet men een HIT-formulier invullen en overmaken aan de SPOC.
Het gaat om een grondige controle, met inachtneming van het nationale recht, van de gesignaleerde persoon, het gebruikte voertuig, vaartuig, luchtvaartuig of de gebruikte container, van de inzittenden en de getransporteerde voorwerpen. Het gaat in het bijzonder om het verzamelen van informatie aangaande de elementen vermeld onder het punt “onopvallende controle”.
Een onopvallende of discrete controle gaat om het verzamelen, op een doelmatige maar voor de gesignaleerde persoon onopvallende wijze, van de volgende gegevens of een deel ervan: plaats, tijdstip of reden van de controle; reisroute en bestemming;identiteit van de begeleidende personen of inzittenden van het gebruikte voertuig, vaartuig of luchtvaartuig van wie mag worden aangenomen dat ze in verband kunnen worden gebracht met de betrokken personen; gebruikt voertuig, vaartuig, luchtvaartuig of gebruikte container;getransporteerde voorwerpen; omstandigheden waarin de persoon, het voertuig, vaartuig, luchtvaartuig of de container zijn aangetroffen; aard en referenties van de voorgelegde reis- en identiteitsdocumenten.
INTERPOL heeft 19 databanken ter beschikking, namelijk SLTD, FIELDS, SAD, NOMINALS, AFIS, STOLEN VESSELS, Stolen WORKS of ART, i-ARMS 3 tools, DNA, SMV, i-FAMILIA, ICSE, I-check it, Facial recognition, Organized Crime Networks, ...
SIS-signaleringen hebben voorrang op INTERPOL-signaleringen. Dat betekent dat elke signalering in eerste instantie via het SIS dient te gebeuren, en pas nadien via INTERPOL, zelfs als de entiteit niet gelokaliseerd werd op Europees grondgebied. De uitzondering hierop is als het gewenste type van signalering niet bestaat in het SIS. In dit geval kan enkel via INTERPOL worden gesignaleerd. Een voorbeeld hiervan is niet-geïdentificeerde personen of lijken.
Wanneer de finaliteit bereikt is of het niet meer opportuun is de entiteit geseind te hebben, gebeurd de schrapping door middel van een afsignalering van de entiteit op nationaal niveau, een bericht van opsporing stopzetten en een formulier Verzoek tot Internationale Afsignalering (VIA). Indien de seining manueel gebeurd is, dient de afsignalering eveneens manueel te gebeuren!
De categoriëen van vervoermiddelen, documenten en voorwerpen met een finaliteit inbeslagname worden automatisch gesignaleerd in SIS II na invoer in de ANG. Dit omvat vaartuigen, luchtvaartuigen, voertuigen, containers, reisdocumenten, buitenboordmotoren, industriële uitrusting die geen vervoermiddel is, waardepapieren en betaalmiddelen en containers.
Manuele seiningen gebeuren voor te nemen maatregelen bij personen, zoals arrestatie, localisatie/controle persoon, controle voertuig + inzittenden, vermiste persoon, alle nuttige infor persoon strafonderzoek, ...
De politie mag met haar collega’s binnen de EU alle informatie autonoom( = zonder toestemming van een justitiële autoriteit) uitwisselen (= doorgeven) waarover ze de beschikking heeft of die voor haar toegankelijk is en waarvoor geen dwangmaatregel nodig was om deze info te verkrijgen.
Indien er wel dwangmaatregelen nodig waren, dient dit steeds via het systeem van de parketten te gaan, die daar hun eigen systeem voor hebben.
